Data: doel of middel?
Medio september was de Jaarbeurs in Utrecht het toneel voor de Big Data Expo. Volgens de brochures van de Expo dé gelegenheid om nieuwe inzichten op te doen als het gaat om data. “Hier kun je alle benodigde big datakennis opdoen en daarmee direct aan de slag gaan!” En: “Je krijgt direct inzicht in wat big data is en wat dit voor jouw organisatie kan betekenen.” Aangezien 83% van de bedrijven[1] potentie ziet in het gebruik van data, klinkt dat als een prachtige kans om concrete stappen op het vlak van data te kunnen gaan bepalen. Vanuit IJsselvliet maken wij waar mogelijk gebruik van data in onze adviestrajecten. Wij zijn dan ook aanwezig geweest op de Expo. Met een gezond kritische blik hebben wij vooral gekeken en geluisterd naar de praktische toepasbaarheid van alles wat de bezoeker voorgeschoteld kreeg.
Opnieuw blijkt dat de wereld van big data vooral bestaat uit een eigen taal van ‘buzzwords’, zoals machine learning, data-mining en artificial intelligence. Voor de echte data-liefhebber voelt het als de Efteling, maar een willekeurige passant verdwaalt al snel in het sprookjesbos. Het voedt de gedachte dat ‘we iets met data moeten’, maar het is geen verhaal met een kop en een staart. Het kijken naar een vergezicht is mooi, maar weten we ook wat de eerstvolgende stap gaat zijn? Hoeveel bezoekers van de Expo weten wat ze morgen concreet gaan doen? En wat gaat hen dat dan opleveren? Welk doel gaan ze daarmee bereiken?
Vooral die laatste vragen worden opmerkelijk vaak overgeslagen. Het gebruik van data wordt een doel op zichzelf, in plaats van dat het een middel is om een doel te bereiken. Het intrigeert ondernemers en managers dat er in hun bak met data wellicht een verborgen diamant zou kunnen zitten. Om die te vinden gaan ze data verzamelen zonder feitelijk te weten wat het op gaat leveren. Er wordt geïnvesteerd in dure (want schaarse!) data-professionals en systemen die de algoritmes kunnen toepassen. En die algoritmes zouden met datamining dan patronen kunnen vinden die we anders nooit gezien zouden hebben. Als we oneindige middelen zouden hebben, dan is dit een mogelijke aanpak. Maar de praktijk is dat dit voor de meeste organisaties niet geldt…
Onze overtuiging is dat data weer teruggebracht zou moeten worden tot een middel. Het is ‘slechts’ één van de manieren om de klant beter te kunnen bedienen. Big data is simpelweg niet voor alle organisaties even relevant, net zoals dat voor vele andere middelen geldt die worden ingezet om waarde voor de klant te kunnen genereren. Begin bij het doel. Stel vervolgens regelmatig controle-vragen, zoals “Wat gaat er beter als we deze data hebben?” of “Welk probleem lossen we op als we dit doen?”. En niet onbelangrijk: “Wegen de kosten op tegen het relatieve voordeel dat we er mee denken te gaan halen? Klopt de businesscase?”
Er zijn talloze voorbeelden van organisaties die een concurrentievoordeel behalen door toepassing van data, getuige ook de inspirerende seminars op de Expo. Maar enige nuance is op zijn plek. Daar tegenover staan minstens zoveel organisaties die ook succesvol zijn zonder groots in te zetten op data en hier een hele nuchtere en pragmatische aanpak in kennen. Blijf focussen op het doel dat er bereikt moet worden en stap niet te snel naar de conclusie dat data een prominente rol zou moeten krijgen in de oplossing.
Dat gezegd hebbende, wij hebben inmiddels ruime ervaring met beproefde en praktische toepassingen van data. Nodig ons gerust eens uit om mee te denken over uw doelen en de mogelijke rol van data als middel om uw doelen te bereiken.
[1] Data Survey, 2018